Vandaag naar Varmahlid, een kort ritje van een paar uurtjes waar weinig te zien is. Kortom, ’s ochtend eerst de Lofthellir Cave.
Lofthellir is een ijsgrot die per toeval is ontdekt per vliegtuigje. De grot ligt midden in een lavaveld waar weinig mee te beginnen is. Zelf is de grot niet te bezoeken, want je moet eerst nog 45 minuten offroad.
Oftewel, een tourtje geboekt via Sagatravel met gids Oli die uit de regio komt. Zijn overgrootouders hebben het hele gebied rond Myvatn gekocht en dat is nu in bezit van meerdere zonen.
Na 45 minuten offroad en 20 minuten lopen over het lavaveld komen we aan bij de grot. Kaplaarzen met spikes aan en een helm. Geen overbodige luxe, want eenmaal in de grot moeten we gelijk tijgerend een spleet door. De grot is dus niet bezoekbaar voor mensen met claustrofobie.
Binnen de grot verschillende natuurlijk gevormde ijssculpturen. Als er lampjes op schijnen geeft het een mooi gezicht. Volgens Oli is ook het ijs helderder in deze tijd van het jaar. We verbleven zo’n uur in de grot met verschillende ijsvormen. De tour is de moeite waard, maar wel erg duur (18,500 kronen; 110 euro). Het duurde totaal zo’n 4,5 uur, maar dat is inclusief spullen halen en 2 uur reistijd.
Bij het hotel even gegeten en rond half 3 de weg op. De enige noemenswaardige en niet te missen stop is Godafoss, waterval van de Goden.
Bij Godafoss is in het jaar 1000 besloten dat IJsland christelijk zou worden. De persoon die deze beslissing moest nemen, zou alle inscripties van Noorse goden daar in het water hebben gegooid. Leuk verhaal en een aardige waterval, maar ja: Dit is natuurlijk alweer de zoveelste Foss. Deze Foss scoort vooral op schoonheid en een aardig achtergrondverhaal.Veel meer is er dus niet te beleven en we komen dan ook al vrij snel in Hotel Varmahlid. Er staat een dikke Audi voor de deur. Al snel blijkt die van de receptioniste te zijn. Blijkbaar een goedbetaald baantje. We zijn de enige gasten en nadat we zijn ingecheckt scheurt de Audi weer weg.
Eten kan je er niet. Voor het avondeten moesten we naar Saudárkrókur, ten noorden ons hotel. Op de route ligt het Skagafjördur Folk Museum met de bekende turfhuisjes. Pakken we toch nog even mee. Ook weer gratis, want er is niemand op het complex. Ze zijn waarschijnlijk nog in voorbereiding op het zomerse toeristenseizoen.In Saudárkrókur even gegeten bij het Ólafshús waar ze goede vis serveren. Maar eigenlijk is het overal wel goed eten in IJsland.