Een volle dag vandaag, waaronder de beroemde steltvissers (stelt fisherman) die je overal op postkaarten tegenkomt.
Eerste stop aan de kust was de Blowhole. In een reisboekje stond dat je de geluiden van grote afstand kon horen. Wij hoorden niet veel, gingen van de weg af en kwamen in een dorpje terecht. De gids wist ook niet precies waar hij moest zijn, want op elke straathoek vroeg hij naar de Blowhole.
Auto geparkeerd en via wat oplopende straatjes kwamen we dan bij de Blowhole uit (entree 500 rupee per persoon, 3 euro). Direct aan de kust. Even wachten en toen spoot er inderdaad een straal water omhoog. Elke vijf minuten schat ik zo in. Als een soort geyser, maar dan gewoon water dat tegen de kust aankomt. Wel even grappig om te zien.
Vervolgens langs de kust verder. En op zoek naar de Stelt Fisherman. Eigenlijk niet te missen op weg naar HIkkaduwa. En we waren de auto nog niet uit of er moest al betaald worden. Zo’n 200 rupee. Dan mag je ze op de foto zetten. Idee is dat vissen door de stroming ‘aanspoelen’ en ze dan gevangen worden. Het diende als aas voor grotere vissen. Nu is er weinig vis meer over en is het vooral leuk voor de toeristen.
’s Middags komen we aan in Galle. Met het bekende Dutch Fort. Het is altijd wel grappig om te zien hoe gebouwen uit de koloniale tijd vaak nog staan ‘als een huis’. Het Dutch Fort, met de vuurtoren, lag er nog prima bij. Verder nog naar een gratis museum geweest, maar dat was meer een middeltje om ons uiteindelijk bij een ‘gem shop’ te krijgen.
Na de city tour reden we door naar het regenachtige Hikkaduwa.
